De alom bewierookte hoogleraar theoretische natuurkunde Robbert Dijkgraaf heeft een boel tekst nodig om te vragen om 1 miljard extra aan belastinggeld voor de universiteiten. Want dat is de boodschap van zijn toespraak bij de opening van het academisch jaar van de UvA. Hij gebruikt erg veel woorden om uit te leggen dat extra geld nodig is voor het verbeteren van de maatschappij. Helaas voor hem presteert hij het om zijn boodschap zelf vakkundig te ondermijnen.
Dijkgraaf beweert dat er “doorbraken geforceerd moeten worden die de maatschappij zo hard nodig heeft, ook al heeft de maatschappij dat niet door”. Waarna hij gentherapie en google’s algoritmes tot “noodzaak” verheft. Maar voor de maatschappij zijn dat geen noodzaken, die maatschappij was zonder dat ook maatschappij geweest.
Het grootste deel van zijn toespraak is een lofzang op het creatieve denken. Dat moet de doorbraken opleveren die “zo nodig zijn”. Dijkgraaf belooft deze eeuw een “betere versie van onszelf”. Hij hoopt de bouwers van dit “betere zelf” te vinden op de universiteit. Daar zouden de dieper doordenkende individuen moeten zitten.
De voorbeelden die hij noemt van dat creatieve denken zijn Jules Verne, H.G. Wells en Steve Jobs. Uitstekende voorbeelden van onafhankelijk doordenkend individuen. Maar ze steunen zijn doel niet: Steve Jobs en Jules Verne hadden geen universitaire opleiding. Voor Wells gold dat zijn fantasievolle boeken nagenoeg niets met zijn HBO-studie zoölogie te maken hadden. Voor de “revolutionaire ideeën die de wereld veranderen” is de universiteit blijkbaar niet nodig. Dat geeft Dijkgraaf iets later ook direct toe; “Kunstenaars zijn het die de toekomst verbeelden, niet gehinderd door gezond verstand of technische kennis.” Dromers.
Maar laat dat detail ons niet afleiden, laten we ons richten op die oproep tot creatief denken. In plaats van het goede voorbeeld daarin te geven doet Dijkgraaf het tegenovergestelde. Hij kleurt keurig binnen de lijntjes van het universiteitsvolkje. In zijn toespraak herinnert hij ons aan deze “xenofobe tijd waarin het sluiten van grenzen als oplossing voor het kwaad wordt gezien”. En stelt hij: “door de eeuwen heen heeft het vrije verkeer van mensen en ideeën alleen maar winst opgeleverd”. Dit zijn bepaald geen afwijkende meningen op de universiteit. Maar erger nog: Bezijden de waarheid. Ook de wat goedkope kritiek op Trump en zijn korten op klimaatonderzoek gaat erin als zoete koek bij de toehoorders.
Dat op Universiteiten wereldwijd Chinezen, Australiërs, Canadezen, Duitsers, Russen, Koreanen, Amerikanen (mensen uit landen met gesloten grenzen) vrijelijk mixen bewijst dat die grenzen voor de universiteit helemaal geen belemmeringen vormen.
Geschiedenis heeft hij niet gestudeerd, want zijn stelling dat het vrije verkeer van mensen alleen maar winst oplevert is bespottelijk. Tenzij je de ideeën van Stalin, Mao, Hitler, Pol Pot, Fidel Castro en noem maar op echt als winst beschouwt. (Wat op de UvA best eens zou kunnen voorkomen bedenk ik mij nu). Het vrije verkeer van de Mongoolse horden in China of de Visigoten in Griekenland lijken in plaats van winst vooral verlies aan kennis en beschaving te hebben opgeleverd. Evenals het verdwijnen van de Romeinse cultuur waardoor de mens pas in de vorige eeuw weer over onder water hardend cement kon beschikken. Een groot verlies voor waterleidingbouwers en rioolaanleggers in de tussenliggende periode.
Wereldwijd worden nog steeds miljarden gespendeerd aan klimaatonderzoek. Trump of geen Trump.
Eigenaardig is dat Dijkgraaf vervolgt met dat de wetenschap gebaat is bij “minder nadruk op uitkomsten”. Zijn voorbeelden doelden echter steeds op een resultaat. Bijvoorbeeld naar de maan gaan of door de tijd reizen. De onderzoekers die dat najoegen waren enkel bezig met onderzoeken hoe dat zou moeten.
“Er is niets mis met strategische plannen topsectoren en andere top-down initiatieven” stelt Dijkgraaf, “maar daardoor zijn uitkomsten steeds identiek.” Creativiteit, dat is nodig. Om vervolgens te stellen dat ons onderwijs op de rem van de verbeelding trapt. Geen pleidooi voor meer onderwijs zou je denken. En dus zeker niet voor een miljard zuurverdiend belastinggeld erbij.
Maar ik dwaal af zoals Dijkgraaf dat deed.
Want je hoeft zijn hele toespraak niet te lezen. Het gaat al in de tweede zin mis:
“Nog nooit in de geschiedenis hebben we zo weinig geweten of begrepen.”
Zegt Dijkgraaf. Maar het lijkt me sterk dat de mensen die 10.000 jaar geleden leefden meer wisten of begrepen dan ik nu. Tenzij Dijkgraaf erop doelt dat destijds men misschien een Opperwezen had wat alles verklaarde, en je dus alles begreep zolang je maar wist van het bestaan van dat Opperwezen. Nu zijn er nog steeds mensen die dat als kennis en begrip van alles hebben dus in dat geval had Dijkgraaf dat “we” even nader moeten specificeren. Had hij nou maar geschreven:
“Nog nooit in de geschiedenis heb ik zo weinig geweten of begrepen.”
Dan had hij mij er niet over gehoord. Zijn openingstoespraak is zo weinig creatief dat hij volgend jaar weer kan worden uitgesproken. “Er moet meer belastinggeld naar universiteiten.” En het jaar daarna, en daarna, en daarna…. Omdat “de economie groeit van die investeringen”. Waarbij hij vergeet te noemen welke faculteiten echt meerwaarde bieden. Laten we dat eens anders doen. Creatief. Divers. Geen geld meer naar sociale wetenschappen. Die blinken namelijk niet uit in waarde-creatie. Waarom niet die creativiteit aangedurfd? De maatschappij geeft tonnen uit aan geschiedenis studenten die geen andere baan krijgen dan barista in een hippe koffietent. Tonnen worden verspild aan “studenten” sociologie die opgeleid worden tot werkloosheid of hooguit een geldverslindend ambtenarenbaantje waar niemand op zit te wachten.
Laat ik dan even vanuit de buitenwereld toeroepen: ”Wij, de maatschappij, geven miljarden aan jullie, zodat jullie dingen kunnen ontwikkelen die ons leven beter maken. Wij zijn er ook als jullie dat niet doen. Jullie zijn er niet als wij dat geld niet ophoesten. Denk er dus aan dat jullie ons harder nodig hebben dan wij jullie. Denk daaraan als je door ons verdiend geld uitgeeft aan het Kafkaëske “diversiteit” (zolang dat maar niet in denken zit), “vrouwenstudies”, “politicologie”, en meer cultuur marxistische desinvesteringen. Zoek je miljard in de universiteit zelf, daar is genoeg te halen.”
Als ik het voordeel van de twijfel laat varen en uitga van het zwartste scenario gaat bovenstaande nooit gebeuren. Dijkgraaf’s doel zit misschien verweven in de boeken van de schrijvers die hij aanhaalt. Hij belooft ons deze eeuw een “Brave new World”, Dit is de titel van een boek van Aldous Huxley waarin een toekomstbeeld geschetst wordt dat ons doet denken aan de werken van Orwell. Daarnaast is zijn verwijzing naar H.G. Wells een verwijzing naar diens boek “the time machine”, waarin een onwetend volkje genaamd de “Eloi” een droomwereldje voorgeschoteld krijgt waarin ze tot niets anders dienen dan voedsel voor de “Worlocks”.
“Brave new World.” Zou dit toeval zijn? Zou Dijkgraaf bewust in het universitaire bubbelwereldje deze boeken noemen? Is dit wat we de komende jaren van de universiteiten mogen verwachten? Doorgaan met zinloos spenderen. Meer miljarden, meer miljarden…. Soma, soma, soma!
Geef een reactie